zo feb 28, 2010 15:52
Even iets over lagerspelingen, ik zie de laatste tijd nogal wat verwarring daarover. Waar je altijd mee moet beginnen is de grondboring meten. De grondboring is de boring waar de lagerschalen inliggen, zowel in het onderblok als in de drijfstang. Zet de lagerkappen op z'n plaats (zonder de lagerschalen) en trek ze op het voorgeschreven moment aan (beetje olie aan de draad en op de draagvlakken). Vergeet niet de schroefdraad loepzuiverschoon te maken, ook de raakvlakken van de moeren en ringen. De diameter van het gat is de grondboringmaat. Deze maat controleren en vergelijken met de opgegeven waarden. Bij het onderblok kun je eigenlijk niet om lijnhonen heen, dwz. de grondboringen worden in een lijn gehoond op de juiste maat. Zo weet je dat alle hoofdlagerbrongen in een lijn liggen en de juiste maat hebben. Deze methode is het beste, liefst nog met een torqueplaat op de plaats van de kop en aangehaald met het moment van de kopmoeren. Zo zet je het onderblok op spanning zoals het is met de kop erop. Vergeet niet dat de koptapeinden doorlopen tot naast de hoofdlagers en er behoorlijk wat spanning in het onderblok komt te staan als je de kop aanhaald. De kruktapmaat moet je meten op verschillende plaatsen om te kijken of ze ovaal of taps zijn. De krukas moet ook gemeten worden op slingering en slagverschil. Als je moet slijpen kun je gelijk het slagverschil opheffen. Na het slijpen altijd teniferen (zoutbadnitraatbehandeling) en balanceren. Je weet nu de grondbringmaat en de tapmaat, nu kun je de lagers erbij zoeken. Bij het monteren altijd de schalen een voor een opmeten met een schroefmaat, er kan een afwijkende in de verpakking zitten. De achterkant van de schalen goed ontvetten. De lagerkant insmeren met bv. Bearing guard van Clivite oid. Dit is een noodloopvloeistof voor de eerste omwentelingen. Als de hele motor afgemonteerd is het smeersysteem primen met een losse oliepomp tot er olie uit de nokkenaslagers komt, dit kan ook met een oliespuitje en een stukje slang. Gebruik hiervoor de aansluiting van de schakelaar voor het oliedruklampje of de aansluiting voor de zender van de oliedrukmeter. Daarna starten zonder bougies en kleppendeksel om te controleren of er voldoende olie uit de nokkenaslagers komt. Zo weet je zeker dat alles gevuld is voordat je de motor laat lopen.
Groeten, Arie